Toen Marinus de Jonge in 1816 kasteel Zwijnsbergen in Helvoirt huurde met optie van koop, kon hij zijn ambities vorm geven om hiervan een voornaam en passend familiebezit te maken. De familie De Jonge stond niet alleen in haar wens om in de nabijheid van de provinciehoofdstad ’s-Hertogenbosch een pied-à-terre te hebben waar men in een ‘landadellijk’ decor kon leven ‘volgens de seizoenen’. De huidige gemeente Vught werd één van de centra van het buitenplaatslandschap dat zo ontstond.
Naast de familie De Jonge passeert nog een aantal andere families de revue. Aspecten die daarbij aan de orde komen zijn bijvoorbeeld activiteiten en achterliggende motieven en vormen van ‘landadellijk’ leven.